- ontlasten
- {{ontlasten}}{{/term}}I 〈overgankelijk werkwoord〉1 [ontdoen van een last; vrijstellen] décharger2 [m.b.t. gemoed] soulager♦voorbeelden:1 een drukke verkeersader ontlasten • décongestionner une grande artèremag ik u van dat pak ontlasten? • puis-je vous débarrasser de ce paquet?II 〈wederkerend werkwoord; zich ontlasten〉1 [zijn behoefte doen] aller à la selle2 [uitmonden] se déverser3 [zich van zijn inhoud ontdoen] se vider
Deens-Russisch woordenboek. 2015.